Bij het geluid van houten shoji deuren, schuivend over hun sponningen, word ik wakker. Een beetje gebroken voel ik me. In de bocht naar de gezamenlijke douche maakt de oude houten vloer een zacht krakend en hol geluid als er iemand overheen loopt.
Momenteel verblijven hier in guesthouse Kura een paar buitenlandse jongeren op werkvakantie. Voor dag en dauw staan ze op om fruit te oogsten en Japans te leren. De nacht was kort, ergens hing ik tussen slaap en waaktoestand. Nachtelijke geluiden hielden me wakker. Maar ook de herinneringen aan de onsen, futons en beren op de weg en het avontuurlijke gevoel van nieuwe ontdekkingen die nog gaan komen tijdens onze rondreis in Japan.
Dag 2:
Geheime onsen in Japan
Nadat we alles ingepakt hebben, rijden we terug naar de ‘geheime’ onsen in de bergen. Nu is hij open. We zien vandaag geen beren. Wel een nestje met bijzondere vogeltjes in een holle boomstam. De onsen meester vertelt er in geuren en kleuren over. Typisch Japans.
De reden waarom ik je trouwens niet de naam van deze onsen geef, is omdat het juist veel leuker is om zelf op pad te gaan en te ontdekken. Zo heb ik deze onsen ook gevonden tijdens een eerdere rondreis in Japan. Tegenwoordig is het op social media de massa volgen naar ‘die ene bijzondere plek’ welke vervolgens wordt bedolven onder ‘overtoerisme’. Die manier van reizen staat me tegen. Ik vind het zelf wel leuk om een tip te krijgen van iemand die uit de buurt komt, vervolgens te bedenken of dat bij me past en het dan verder open te laten wat ik op de weg er naartoe tegenkom. Zo hoop ik ook dat je mijn blog leest.
Fris en rozig stappen we in de auto en gaan op weg naar Inami nadat we eerst een tussenstop hebben gemaakt bij een lunchrestaurant aan de voet van de berg. Ik slurp de handgemaakte verse soba noedels van boekweit naar binnen met mijn hachi (eetstokjes).
Soba is trouwens een van mijn favoriete zomergerechten, in koude vorm. Soba noedels zijn een echt Nagano product. Het water uit de bergen van Nagano is van uitstekende kwaliteit, wat de smaak van de soba ten goede komt. Ook de vulkanische grond is goed voor het verbouwen van de boekweit.
Regelmatig staat soba op de kaart samen met tempura, gefrituurde seizoensgroenten. Of met verse groenten uit de bergen.
De farmers markets van Japan
De Japanse keuken staat erom bekend één van de beste keukens ter wereld te zijn. Als we door het land rijden, zie ik waar dat vandaan komt. Omdat Japan zo’n groot en langgerekt land is, heeft elke regio verschillende klimaten met een diversiteit aan groenten, fruit en gerechten. De inwoners op het platteland wonen vaak ver weg van grote centra. Hier is het werkelijk een oase van lokale producten en familierecepten. Mensen gaan respectvol om met het voedsel wat ze kopen en vinden. Zelf groenten in het wild zoeken gebeurt namelijk nog steeds.
Om de paar kilometer kom je winkels met lokale producten tegen langs de weg. Van sushi met rivierzalm, tot kleine flesjes melk van de koeien uit het dorp, van pruimen, tot mochi (plakkerige rijstcake) in eikenblad (kashiwa), van gedroogde shiitake tot thee tot oma’s koekjes. Van alles. We stoppen zowat bij elke winkel, om iets anders te proberen.
Ondertussen leggen we flinke afstanden af. De afstanden in Japan zijn lang. Dat komt deels door het bergachtige landschap, maar ook door de tolwegen waar niet harder dan 100 km/uur gereden mag worden. Buiten de tolwegen, zelfs maar 80 km/uur. Het is trouwens overwegend rustig. Met een stralend blauwe lucht boven ons rijden we door de groene heuvels.
Schijn bedriegt
We zijn op weg naar Kanazawa, klein Kyoto. Ons verblijf vannacht is in een designhuis van Bed & Craft in Inami op nog ongeveer een uurtje rijden van Kanazawa.
We rijden door kleinere gehuchtjes het dorp Inami binnen. Elke keer is het toch weer spannend, waar we terecht komen. Zo op het eerste gezicht arriveren we in een Japans dorp als elk ander. We parkeren de auto naast het huis van Bed & Craft, wat ligt in een rustige straat met huizen en houten voorpuien. Er zijn geen mensen op straat, behalve de overbuurvrouw. Ze geeft haar plantjes water en lacht ons vriendelijk toe.
Ik stap het huis in en de zoete geur van hout omringt me meteen. Het aanzicht en de geur van hout geeft me toch altijd een huiselijk, nostalgisch gevoel. Mijn blik wordt getrokken naar de open houten verbinding tot de tweede verdieping. De jonge architect blijkt een paar woningen in Inami gekocht en gerenoveerd te hebben met respect voor de traditionele Japanse architectuur en de nadruk op lokale ambachten. Reizigers kunnen zo’n woning boeken en bijvoorbeeld een creatieve workshop volgen.
De jongen die ons uitleg geeft, neemt ons mee voor een wandeling door het dorp. En zoals zoveel in Japan, schijn bedriegt. Dit dorp is niet één van velen, het is uniek!
De ambachtsmannen van Inami
Alles in Inami draait om hout. Ik loop met open mond door de straatjes en zie ambachtsmannen aan het werk achter hun ramen, omringt door hun handgemaakte gereedschap. Overal waar ik kijk zie ik iets bijzonders.
Bij één van de ambachtsmannen staat een kooi met een vogeltje erin in een hoekje bij het raam. De man is denk ik pauzeren, want het vogeltje kijkt verwachtingsvol naar de deur waarachter hij waarschijnlijk zijn dagelijkse maaltijd op tatami zit te eten. Ik kan me zo voorstellen dat, met de Japanse cultuur in mijn achterhoofd, deze twee dagelijks uren samen doorbrengen en volhouden aan het vaste werkritme van zonsopkomst tot zonsondergang.
De jongen van Bed & Craft vertelt ondertussen enthousiast over het dorp. Dat er veel minder mensen wonen dan vroeger, omdat jonge mensen wegtrekken naar de steden. In Japan zijn de gevolgen van de vergrijzing duidelijk te zien.
Ambachten gaan in Japan vaak over van generatie op generatie, maar helaas is dat nu minder vanzelfsprekend dan voorheen. Samen met de vergrijzing en massaproductie waarbij mensen goedkoper aan producten konden komen, verdween de liefde voor ambachten langzaam. Maar gelukkig gaan dit soort tendensen altijd in een soort van golfbeweging. Jonge creatievelingen nemen het heft in eigen hand en blazen oude ambachten en dorpen nieuw leven in. Wat een inspirerende plek.
We stoppen bij het huis van een houtkunstenaar op leeftijd, die nog volop aan het werk is tegen het einde van deze middag. Zijn vrouw zit, net als het vogeltje van de andere ambachtsman, in een hoekje te kijken naar haar man. Hij vertelt ons, dat hij na de oorlog begon in deze ruimte met zijn houtwerk. Een week heeft hij nodig om een prachtig houtsnijwerk met details te maken voor een Japanse woning.
Hij verdwijnt naar achteren en zo te horen rommelt hij tussen snuisterijen. Zijn vrouw zegt dat hij ons iets wil laten zien. We verontschuldigen ons, dat we hen storen. Even later komt hij terug en laat ons foto’s zien van lang geleden en krantenknipsels met gewonnen prijzen. Trots laat hij ons één van zijn uitvindingen zien. Hij doet me ergens denken aan mijn opa en ook aan Geppetto, de houtbewerker en maker van Pinokkio. Prachtig.
Inami is een bijzondere plaats om te bezoeken als je meer wilt weten over Japanse houtambachten. Een plaats waar het leven deels nog precies zo gaat als vele jaren terug, maar waar ook nieuwe initiatieven van jonge architecten, kunstenaars en designers ontstaan. En neem dan gelijk een kijkje in de Inami Betsuin Zuisen-ji Tempel. Dit is namelijk de vierde grootste houten tempel van Japan.
In mijn volgende post schrijf ik verder over onze rondreis in Japan. We bezoeken Kanazawa en bijzondere plekken op de tocht door het binnenland van Japan. Dit is de regio rond Inami: